Framing, feiten en fictie: hoe populistische partijen misleiden door te ontkennen wat ze niet weten

In de politiek is misleiding zelden een regelrechte leugen. Veel subtieler en effectiever) is de ontkennende misleiding: iets beweren zonder feiten, insinueren zonder bewijs, of verontwaardiging zaaien zonder verantwoordelijkheid te nemen. Deze tactiek is een beproefd wapen van populistische partijen zoals PVV, BBB en FvD. Ze zetten emoties boven feiten, gevoel boven cijfers, en wantrouwen boven nuance. En het werkt, helaas.

“Zij” versus “wij”: de kracht van het vijandbeeld

Populistische communicatie draait om één simpele belofte: “Wij zeggen wat u denkt, maar niet mag zeggen.” Om dat geloofwaardig te maken, moet er een tegenstander zijn. Een elite, een bestuur, een machtige groep, een “zij” tegenover het volk.

Een goed voorbeeld is de uitspraak van Caroline van der Plas (BBB) dat de Raad van State “vol zit met D66’ers”. Een mooie oneliner, breed gedeeld op sociale media. Alleen… de cijfers ontbraken. Toen ze gevraagd werd hoeveel leden de Raad van State eigenlijk telt, of hoeveel daarvan uit D66-kringen komen, moest ze toegeven: “Dat weet ik niet precies.”

Feiten zijn bijzaak, het gevoel telt. Want de boodschap is helder: zij zitten overal, wij staan erbuiten.

De truc van het lege gelijk

De kracht van deze tactiek ligt in haar eenvoud. Populistische politici presenteren een verdenking, zonder de last van bewijs. En zodra kritiek volgt, kunnen ze zeggen: “Ik stelde alleen maar een vraag.”

Het werkt als volgt:

  1. Er wordt iets verdachts gesuggereerd (“De rechterlijke macht is niet neutraal”).
  2. Er is geen bewijs, maar dat bevestigt juist de verdenking (“Zie je wel, ze houden het geheim”).
  3. Iedereen praat erover, waardoor de suggestie werkelijkheid wordt.

Deze framing zonder feiten zorgt voor verwarring. Niet omdat mensen dom zijn, maar omdat emoties eenvoudiger te verwerken zijn dan data.
Een boos gevoel beklijft beter dan een statistiek.

Drie tactieken van de populistische misleider

  1. De halve waarheid
    • Feiten worden niet verzonnen, maar geselecteerd om één beeld te versterken.
    • Voorbeeld: “Er zijn veel oud-D66’ers in topfuncties.” Dat klopt deels, maar er zijn net zo goed oud-CDA’ers, VVD’ers en PvdA’ers.
    • De context ontbreekt, zodat de conclusie “zij bepalen alles” vanzelf aannemelijk klinkt.
  2. De onwetende aanval
    • “Ik weet het niet precies, maar ik vertrouw het niet.”
    • Hiermee wordt onwetendheid een deugd: “Zie je wel, ze verbergen iets.”
    • Politici als Wilders en Van der Plas gebruiken dit regelmatig om gezaghebbende instanties (de Raad van State, RIVM, rechters) in diskrediet te brengen zonder concreet bewijs.
  3. De verzonnen tegenstelling
    • “Wij zijn het volk, zij zijn de elite.”
    • Het verdeelt het debat in goed en kwaad, volk en macht.
    • Daardoor verdwijnt nuance en dat is precies de bedoeling.

Waarom dit werkt en waarom vooral bij PVV, BBB en FvD

Populistische partijen hebben hun kracht altijd gevonden in gevoel, identiteit en wantrouwen. Feiten staan vaak in de weg: cijfers maken verhalen complex, en complexiteit verkoopt niet op TikTok.

  • PVV: zet migratie en islam consequent neer als dreiging, vaak met anekdotes in plaats van cijfers.
  • FvD: combineert wetenschappelijke twijfel met samenzweringsretoriek (“de klimaatleugen”, “media zijn corrupt”).
  • BBB: speelt handig in op de frustratie van gewone Nederlanders tegen ‘de Randstad’ en ‘de bestuurderspartij D66’, maar gebruikt daarvoor vaak onvolledige of foutieve veronderstellingen.

De gemene deler? Een strategie van emotionele herkenbaarheid:

“Ze spreken niet de waarheid, maar wél jouw gevoel.”

En dat is in de politiek goud waard.

De prijs van permanente verdenking

Elke keer dat een politicus iets “verdachts” roept zonder bewijs, slijt er iets van het vertrouwen in onze instituties af. De rechter wordt verdacht, de media zijn “links”, de wetenschap is “gekocht”.

De gevolgen:

  • Mensen geloven steeds minder in neutrale feiten.
  • Journalistiek wordt gezien als onderdeel van “het systeem”.
  • Democratische checks and balances verliezen legitimiteit.

Het resultaat is een permanente sfeer van wantrouwen, waarin feiten en fictie door elkaar lopen — en waarin iedereen zijn eigen waarheid heeft.

Wat kun jij doen als lezer en kiezer?

  1. Vraag altijd naar cijfers. “Veel” is geen getal. “Altijd” is geen bewijs.
  2. Wees alert op framingwoorden. “Zij”, “de elite”, “ons land”, “het gewone volk”, het zijn emotionele haakjes, geen feiten.
  3. Check bronnen. Komt het uit onderzoek, of uit een campagnevideo?
  4. Herken omdraai-argumenten. Wie kritiek krijgt en zegt: “Mag ik soms niks meer zeggen?”, is niet beperkt maar ontwijkt inhoud.
  5. Koester nuance. De wereld is zelden zwart-wit.

Populistische misleiding draait niet om liegen maar om leegte

De moderne populistische misleider zegt niet: “Ik weet het zeker.” Hij zegt: “Ik weet het niet, maar ik vertrouw het niet.” En zo ontstaat ruimte voor twijfel, wantrouwen en verdeeldheid, precies waar de populistische politiek van leeft.

De oplossing is niet harder schreeuwen, maar beter luisteren en scherper kijken. Feiten zijn geen vijanden van gevoel, maar het fundament van gezond verstand.

Populisme: uitleg & voorbeelden

Wat is populisme eigenlijk?

Populisme is geen vaste ideologie, maar vooral een politieke stijl. De kern is de tegenstelling tussen “het volk” en “de elite”. Populistische leiders presenteren zich als de enige echte stem van het “gewone volk” en portretteren media, rechters en bestuur als een gesloten, corrupte macht die “niet luistert”.

  • Wij versus zij: het volk is zuiver, de elite verdorven.
  • Emotie boven feiten: gevoel en onvrede wegen zwaarder dan cijfers.
  • Eenvoudige oplossingen voor complexe problemen.
  • Wantrouwen tegen instituties: rechters, media, wetenschap als “systeem”.
  • De leider als volksstem: persoonlijk, direct, “recht voor z’n raap”.

“Zij luisteren niet — maar wij wel.”

De kracht van populisme is dat het echte gevoelens van vervreemding benoemt. De valkuil: het versimpelt oorzaken tot een vijandbeeld, waardoor oplossingen zeldzaam blijven maar verontwaardiging eindeloos is.

Bekende populisten door de geschiedenis heen

Populisme duikt op waar onvrede en afstand tot de macht worden gevoeld. Enkele veelgenoemde voorbeelden:

  • Juan Perón (Argentinië) — arbeidersretoriek, nationalisme en blijvende beweging (peronisme).
  • Huey Long (VS) — “Every man a king”; anti-elite, maar bouwde een eigen machtsmachine.
  • Silvio Berlusconi (Italië) — media-magnaat; politiek als marketing en imago.
  • Hugo Chávez (Venezuela) — anti-elite en anti-VS; retoriek van het volk, erosie van checks & balances.
  • Donald Trump (VS) — sociale media, oneliners, slachtofferschap; “Make America Great Again”.
  • Viktor Orbán (Hongarije) — “bescherming van het ware volk” tegen Brussel; illiberale wending.
  • Nigel Farage (VK) — Brexit-populisme; anti-Brussel, “gewone Britten eerst”.

Nederlandse namen die vaak in dit kader worden genoemd:

  • Pim Fortuyn — brak begin jaren 2000 het taboe op “volk vs. elite”.
  • Geert Wilders (PVV) — identiteits- en angstframing als vaste lijn.
  • Thierry Baudet (FvD) — van elitekritiek naar samenzweringsnarratief.
  • Caroline van der Plas (BBB) — “gewone Nederlander” vs. “Randstad-bestuurders”.

Ze beloven de macht “terug te geven aan het volk” maar centraliseren die vaak bij de leider.